zaterdag 14 januari 2012

Houd je bék, Jaap

Soms valt het mee, soms valt het tegen, wie zei dat ook alweer?
Hoe dan ook, hij had zijn mond moeten houden.

'Gut Jaap, als je niks beters weet, ga een nieuwe fles wijn halen, ik sta droog.'
'Ja Jaap, nog één zo'n dooddoener en ik ram je voor je bek.'
'Jeeezus, waar waren we? Telkens als dat geluid begint te maken, bloedt het gesprek dood.'

(Dat kan grof lijken, maar het is wel terecht. Want hoewel je vaak gelijk hebt als je een cliché gebruikt, je hoeft het nog niet hardop te zeggen. Daardoor bloedt een gesprek dood. Of - nog véél erger - het wordt oever- en zoutloos. En je wordt er niet populair van. Bij mij tenminste. Zoals die keer op een verjaarspartijtje, wat ik niet al te vaak doe, en je komt in een groep die niet veel gemeenschappelijks heeft. Dan heb je elkaar niets te zeggen, het valt stil, iedereen zit na te denken over hoe hij het ijs kan breken en zegt een of andere muts: 'Daar gaat de dominee voorbij.'
Dat heb ik wel eens meegemaakt en ik haat er de betreffende vrouw nog altijd om. Vol overgave.)

Maar goed, ik wilde iets zeggen. Ik dacht dat ik op éénderde was van het terugzetten van mijn foto's, daar heb ik me vorige week nog over zitten beklagen, och arme ik, wat was ik zielig, tot vanochtend. Het was zo'n ochtend dat je denkt dat het leven best wel te doen is, als je maar niet te ver vooruit kijkt. Ik besloot een uurtje strafwerk te maken en een stel foto's terug te zetten. Maar opeens bleek het niet meer nodig. De foto's van 2008 en eerder waren niet gewist.
Ander mapje, geen idee.
Alles was in orde.
En nu heb ik tijd over.
Dusssss.
Als Jaap toch niets beters te doen heeft, lust ik nog wel een kopje koffie.

vrijdag 6 januari 2012

Bureaucratisch pingpongen


Hé, weer even een lekker potje getelemarketeerpingpongd. Drie keer heen en weer gebeld met Pietervrouw. Binnen de korste keren hadden we een bureaucratisch bedrijf op poten gezet, waarin niemand iets zonder overleg kan besluiten.
De telemarketeer belde gister al, maar hing op, want er was een ander lijntje. Vind ik onbeleefd, maar dat maakt niet uit, want ik had er zin in.
Vandaag belde ze terug. Ik had een bedrijf, of ik mijn elektriciteit tegen bedrijfstarief wilde inkopen.
Dat wilde ik wel.
Bij welke energiemaatschappij zat ik.
Dat kon ik zo niet zeggen, aangezien Pietervrouw mijn communicatie naar buiten toe doet. Ik wilde haar telefoonnummer geven, moest die even zoeken, want mijn secretaresse was er vandaag niet.
Nadat ik het nummer had gegeven, belde ik Pietervrouw, om haar voor te bereiden. Ze was al in gesprek.
Ze was blij dat er een telemarketeer belde, vertelde ze later. Ze wilde mij als haar zaakwaarnemer naar voren schuiven, maar merkte tijdens het gesprek, dat zij de zaakwaarnemer was.
Ze schakelde.
Ze was zeer geïnteresseerd, had de telemarketeer ook brochures en folders? Dan kon ze zich oriënteren.
De folders konden per e-mail worden opgestuurd.
Het e-mailadres, zei pietervrouw, moest ze even aan mij vragen.
Ik werd teruggebeld. Ik gaf niet direct mijn e-mailadres, want ik wilde dat even kortsluiten. Omdat Pietervrouw ondertussen op een andere lijn belde, zei ik dat ik nu in overleg ging.
Ze zou terugbellen.
Dat heeft ze nog niet gedaan.
Ik hoop dat het er nog van komt. Want uit de bespreking is een e-mailadres gekomen. Ik heb hem hier.
We willen deze zaak doorzetten. Volledig. Zo lang mogelijk.
En we hopen dat onze telemarketeer een beetje meewerkt.