zaterdag 26 mei 2012

Dit had een het briljante einde moeten zijn



Er waren nog veel dingen die ik wilde beschrijven van de wandeling. De sleutel van de hotelkamer (Wie bedacht dit? En vooral: waarom?).



Het mandje (Wat was het moment dat de maker dacht: zo is het goed? Dit zetten we bij de gasten op tafel?)

En het zwarte gat (hier zou ik heel diepe gedachtes bij krijgen, ik wist het zeker, toen ik de foto maakte).



Maar ik slaag er niet meer in. De wandeling ligt alweer even achter ons. Mijn reeksje zou moeten eindigen met een paukeslag, een mooie afronding, een stuk waarna iedereen weer verder zou kunnen.
Maar ik heb geen paukeslag. De reeks loopt af, zoals het leven afloopt, het beste is geweest en opeens is het er niet meer.
Wij moeten door. Maar ja...
Waarheen?

zaterdag 12 mei 2012

De reiziger en het sukkeltje


(Overigens, voordat hier het idee ontstaat dat Pietervrouw een sukkeltje is en ik de grote reiziger, Pietervrouw heeft wereldreizen gemaakt, is gaan wandelen op Groenland, waar ze wekenlang overleefde in de kou en regen en op droog voedsel, terwijl ik de zenuwen krijg als ik een nachtje ergens anders moet slapen. Pietervrouw neemt net zo makkelijk het vliegtuig als ik op de fiets stap, nee, gemakklijker, want als het koud is of gaat regenen, blijf ik binnen. En als ik ga vliegen, loop ik wekenlang te kermen.
Pietervrouw heeft slechts één mislukte reis gemaakt, in een ver verleden, een reis waarvan ze vroegtijdig terugkeerde, omdat het niet ging.
En dat was een fietstocht met mij.)
(Zucht.)
(Geen idee hoe ik dit moet illustreren.)

zondag 6 mei 2012

Wat loop jíj móói, Flopke!

Nooit eerder wandelde ik twee dagen, ik vroeg me af of ik het zou volhouden, omdat ik niet de grote afhaker wilde zijn. Ik maakte me daar een beetje zorgen om. Maar het ging goed. Op een gegeven moment draaide H zich om en riep bewonderend: 'Wat loop je mooi, Flopke, je loopt als een kievit.'
Dat was fijn om te horen, want H (de andere) zegt doorgaans dat hij mijn loopje van veraf herkent, omdat het zo raar is. Ik loop als een eend, of nee, een gans meer, maar dan anders. Verend liep ik verder.
Ondertussen zei H tegen Pietervrouw: 'Gaat het? Je sleept een beetje met je been.'
'Ja,' viel H hem bij. 'Dat viel mij ook al op. Er was iets met je heup toch? Nou, dat kun je heel goed zien. Ik hoop dat je het volhoudt!'
We liepen verder terwijl Pietervrouw me toefluisterde: 'Nou Flopke, wat loop jij móói! Goh, valt echt op, zo móói! Zeker vergeleken mij en mijn slepende been.'
En dit is een foto van Pietervrouw. Kijk, er wordt een propje naar haar hoofd gegooid, een fractie van een seconde later zal het haar raken.

zaterdag 5 mei 2012

Flopke, concentréér je een beetje...



Heb nog steeds mijn verhaal over de wandeltocht niet afgemaakt, nog lang niet, ik heb er nog zoveel over te vertellen, maar ik raak steeds afgeleid. Er zijn nog andere dingen die mijn aandacht vragen, jullie moeten niet denken... Ik bedoel...
Flopke, concentréér je toch eens een beetje!
Morgen ga ik verder.
Echt.
Vanaf morgen gaat het lukken. Jullie zullen versteld staan van wat ik dan allemaal blijk te kunnen.