vrijdag 29 augustus 2014

Sponsor gezocht


Dit bericht stond vanochtend in de krant: gemeente sponsort flappentap. Omdat de banken steeds minder voor geldautomaten in afgelegen gebieden  willen betalen (ze geven hun geld liever ergens anders aan uit, wat was het ook alweer?) gaat een gemeente het zelf maar doen.
Er zijn gemeenten die vuilnisbakken weghalen, tenzij de bewoners ze overnemen. Hetzelfde geldt voor boomspiegels op de openbare weg en er zijn zelfs straten waar bewoners hun eigen lantaarnpalen moeten onderhouden.
Dat is dus wat crisis inhoudt: we betalen ons blauw, maar niet meer voor de dingen die we eigenlijk zouden moeten betalen, maar voor andere dingen, waardoor we de dingen die we moeten betalen, niet meer kunnen betalen, dus dat moeten anderen dan doen.
En ik kan mezelf deze maand geen bonus geven om een nieuw jurkje van te kopen. (En ik moet morgen optreden in de regen!) Misschien is er een bank die mij kan sponsoren.

woensdag 27 augustus 2014

Waar ik allemaal niet líg...



Ondertussen lig ik al meer dan een week in de boekhandel. Nou ja, niet in alle winkels, ik hou het bij, ik vraag er iedereen naar die in een boekhandel komt. Rotterdam (ja) en Amsterdam (ja), Venlo (geloof het wel), Kampen (nee), Utrecht (ook niet) en Arnhem (nou en of). Ik heb foto's ontvangen van hoe ik daar in de kast sta, op een stapeltje lig, ik heb foto's van boeken op salontafels, ik hoor over hoe ik op nachtkastjes terechtkom, collega's die me mee naar bed nemen, binnenkort vlieg ik mee naar Italië, ik kom op de radio en sta groot en klein in de krant en ik ga naar de Uitmarkt. En ik denk: nou nou Flopke, zo belangrijk is het allemaal niet, na een maand ben je weer vergeten. En ik denk: hoeveel debuten komen er wel niet uit? En ik denk: Flopke... jij calvinist! Ik denk: geniet er nu maar van. Ik denk: nu even over iets anders. En ik denk: weet je Flopke, nu moet je wel met iets nieuws komen...

woensdag 20 augustus 2014

Over 0 seconden start ik op...



Over 0 seconden ga ik opnieuw opstarten, las ik op mijn scherm.
Ik greep de muis, ik was nét op tijd.
Mijn pc had net flink staan reutelen, hij had iets opgehaald. Hadden ze vannacht een oplossing gevonden?
Gister had de helddeskmedewerker nog geen idee. Ik kon maar beter op een andere computer gaan werken, luidde zijn advies.
Dat kon wel, ik heb ook een appeltje. Maar die is klein en anders en tot wanneer dan?
Over 3 minuten en 54 seconden start ik op, las ik opeens weer op mijn scherm. Met de verklaring: er zijn belangrijke updates geïnstalleerd.
Het klonk nogal urgent. Het zou kunnen dat dit een oplossing was. Maar misschien was het ook gewoon wat de medewerker me gister uitlegde: opnieuw opstarten is vroeg of laat onvermijdelijk.
En opeens dacht ik: het moet maar. Vooruit. Doe maar dan. Laat maar zien dat ravijn.
Ik startte opnieuw op.
En nu grabbel ik mezelf bij elkaar, ga ik weer zitten. Ik ben er nog steeds.
Maar las ik nou ergens dat het probleem zich pas na de tweede keer opstarten voordeed?

dinsdag 19 augustus 2014

Microsoft aaaaaaarh!



Vanochtend belde ik Microsoft. Ik begrijp dat Windows 8.1 systemen kunnen crashen na de zogenoemde augustus update. De updates zijn bij mij geïnstalleerd, maar ik heb mijn computer nog niet opnieuw opgestart. Vanochtend vroeg mijn computer om een herstart en anders deed hij het morgen zelf. Ik vraag de helpdeskmedewerker: wat moet ik nu doen?
De medewerker geeft na een lichte aarzeling toe dat het inderdaad klopt, mijn systeem kan crashen.
Kan ik het tegenhouden?
Nee, helaas. Bij sommige computers gebeurt het.
Wanneer komt er een oplossing?
Dat weet hij niet. Kan vandaag zijn of morgen of nog een paar dagen later.
'En nu? Ik werk op mijn computer, ik ben ervan afhankelijk!' roep ik.
'Het is onvermijdelijk dat ik mijn computer opnieuw zal moeten opstarten,' zegt hij.
Hij blijft kalm, ik word steeds zenuwachtiger. 'Dus er is een ravijn, misschien zal ik erin duikelen en u kunt me niet uitleggen hoe ik dat kan voorkomen? Ik moet crashen!'
'Nee,' legt de medewerker uit, 'Het gebeurt niet bij alle computers.'
'Maar het kán,' verbeter ik mezelf. 'Ik loop het risico. En dan gaat hij op zwart.'
Dat klopt, antwoordt hij. Als ik een andere computer heb, dan kan ik beter daarop gaan werken.
'U adviseert me eigenlijk een Apple te gebruiken!' roep ik.
'Nee...' corrigeert hij me. 'Dat heb ik niet gezegd.'

Het gesprek kon worden opgenomen voor leerdoeleinden. Lijkt me dat dit een heel nuttige les kan worden.


donderdag 7 augustus 2014

Hij is er... bijna




En dan lag hij opeens echt in mijn brievenbus. Kijk nou! Hij is er.
En denk nu niet, wat lijkt dit plaatje op een vorige foto...

Dat is niet zo, of een beetje misschien, maar jullie snappen het niet.
Want dat is een plaatje en de bovenste is echt. Een plaatje van het echte boek, maar toch. Ik bedoel: hij is zwaarder.
Ehm...
Nou ja, kijk dan....


er staan echt letters in.
Hij is nog niet uit, maar bijna.
Nog twee weken woelen en wakker liggen.

maandag 4 augustus 2014

Stokbrood pindakaas en ander ongerief




Om kort te gaan: goed op vakantie gaan is ingewikkeld. Jarenlang ben ik naar huisjes geweest, vaak ging het goed, soms niet, ook daar kan ik een serie aan wijden. Een backpacker ben ik niet.
Kamperen vind ik leuk, tot het niet meer leuk is. Dan sta je op een mooie plek, het weer is goed, het uitzicht prachtig en verder is er niemand. Of nou ja, ergens in de verte. Het gaat goed tot je twee caravans door de velden voor je ziet rijden. Ze gaan pal naast je staan en vervolgens loopt er een man met een schotelantenne heen en weer het veld voor je te vertrappen. Af en toe houdt hij de schotel omhoog en roept met overslaande stem naar de caravan: 'En nu?'
'Niks,' hoor je uit de caravan.
Dan gaat loopt hij verder. Tot de draad strak gespannen staat.
Het frustrerende is ongetwijfeld dat het andere echtpaar de schotel neerzet, even binnen gaat zitten en dan tevreden voor de caravan neerstrijkt.
Uiteindelijk stapt het hele gezelschap in de auto en een paar uur later komen ze terug met nog een langere kabel. Het tafereel herhaalt zich iets verder naar rechts.
Dan weet je dat het tijd is om op te stappen.
Maar als dat niet meer lukt... Als het overal vol is... Als je te dicht op de buren staat en uitgelachen bent omdat de overbuurvrouw elke dag haar ontbijttafeltje nat afneemt, dan gelijk de ramen van de voortent wast en stokbrood met pindakaas eet en als je je begint te schamen over alles wat de buren van jou horen en zien, dan ga je denken: kan het ook nog anders?


zaterdag 2 augustus 2014

Er is licht



Of dit een nadeel is, weet ik niet, maar ik vraag het me wel af. Op veel campings is het niet donker, overal staan lampen. Ik probeer dat te vermijden, ga speciaal op zoek naar campings die claimen dat ze donker zijn, zodat je een beetje sterren kunt zien, maar dat lukt niet altijd. Bovendien hebben caravans en campers zelf ook lampen.
Aan de buitenkant.
En die houden ze 's nachts soms aan.
Ik begrijp dat niet.
Is het om de caravan terug te vinden als je 's nachts naar de toilethokken gaat? Maar dan kun je een zaklamp gebruiken. Bovendien hoeven ze er niet uit, want ze hebben zelf een toilet. En dan nog: het licht kun je daarna toch weer doven? Of is het om inbrekers af te schrikken? Maar die zijn er niet, wat trouwens nog verbazingwekkend is. Als inbreker zou ik het wel weten: veel campings zijn amper beveiligd en mocht je zo'n caravanslotje niet open krijgen, dan kun je het altijd nog bij een tent proberen. Misschien is het niet uitdagend genoeg, dit is ook al zo'n vraag waarover ik diep en lang zou kunnen nadenken zonder een bevredigend resultaat te bereiken. Ik zou dit afkloppen als ik hier onbewerkt hout had, maar ik heb het dus nog nooit meegemaakt.
Of brandt het licht uit een soort ordelijkheid? Het zit er, dat zal niet voor niets zijn, dus het moet aan?
En anders is het misschien omdat het gratis is. Je betaalt vaak een vast bedrag voor de elektriciteit en dan is het zonde om het niet op te gebruiken. Meer argumenten kan ik eigenlijk niet bedenken.
Nadeel of niet, het leidt mij af. Of meer: als ik het zie, begin ik me af te vragen waartoe zo'n vakantie eigenlijk dient. Dat ik op de verkeerde plek sta. Dat ik echt weg moet. Dan ga ik vaak op zoek naar de volgende plek, maar het blijft knagen.
Zoiets.

vrijdag 1 augustus 2014

Nadeel 2: Campers




Een ander groot nadeel van kamperen zijn campers.
In breedste zin.
En hoogste en langste zin.
Want waren het vroeger verbouwde busjes met een kraantje binnen en een matrasje, tegenwoordig zijn het complete woningen met niet zelden meerdere verdiepingen, een vast bed, het toilet, badkamer, keuken, eethoek en televisiezithoek. Camperkampeerders hebben vaak een ander kampeergevoel en geen grote hang naar natuur of groen. Zoals het echtpaar deze vakantie dat hun enorme voertuig op het asfalt had geparkeerd, hun stoeltjes stonden er vlak naast, ook op het asfalt. Ze hadden ieder plastic bekertjes rose in hun hand en de één zei tegen de ander: 'Lèkker hè?'

Nadeel van campers is dat het kan gebeuren dat je even naar de onvolprezen toilethokken gaat, en je terugkomt, de natuur rond je campeerterreintje is verdwenen en er een hoge witte muur naast je is opgerezen.
Vaak hebben campers de ramen open en de radio en televisie luid aan.
En dan mag je nog van geluk spreken als ze met hun rug naar je toestaan...


(Bij het uitkiezen van een mooi plekje, moet je dus ook opletten of de plek naast je voldoende hobbelig is.)

donderdag 31 juli 2014

Het grootste probleem



Laten we maar gelijk het grootste probleem bij de spreekwoordelijke hoorns vatten, we kunnen er niet omheen. Laatst sprak ik iemand die vaak naar vijfsterrenhotels gaat en die ook wel wilde kamperen, maar twijfelde, omdat ze zo opzag tegen de wc's.
Terecht, zei ik.
Dat is in vijfsterrenhotels een stuk beter geregeld.
Toch kamperen we massaal en veel mensen lopen tegen dit probleem op. Een veelgebruikte oplossing hiervoor is om zelf een wc'tje mee te nemen. Dat lijkt misschien handig, maar dat neemt nogal wat ruimte in, het ruikt dan gedurende je hele vakantie overal in je omgeving naar ontsmettingsmiddel, het gaat in je neus zitten. Maar vooral: je rijdt ermee rond. Het is een koffertje dat je eens in de zoveel tijd moet legen. Je ziet ze ermee over de campings lopen. Sommige dingen moet je niet willen doen in het leven, daarom ga ik naar de toilethokken.
De problemen daarbij zijn talrijk: ze zijn vaak minder hygiënisch, het zijn er te weinig, ze zijn niet van de buitenwereld afgesloten en ze zitten vol insecten.
Allemaal problemen waarvoor ik amper een oplossing weet. Ik kan alleen maar adviseren: ga niet in het hoogseizoen op vakantie. Ga nooit naar populaire campings. En vooral: bezoek het hurktoilet.
En beschouw de insecten als patroontjes op de muur.


woensdag 30 juli 2014

De nadelen van kamperen


En terwijl jullie nog op vakantie zijn en ik wacht op een dag die voor mij best groot is, heb ik even tijd om uit te leggen wat de nadelen zijn van kamperen. Dat moet gebeuren.
Ik kampeer dus.Vind ik leuk: de hele dag buiten, met je blote voeten in het gras koken, 's nachts naar de sterren kijken en egels en uilen horen en daarna proberen te zien. Maar er zijn nadelen.
Dat ik kampeer, probeer ik een beetje geheim te houden, vooral omdat ik niet met een klein tentje strijdend tegen de elementen in de bergen of de woestijn sta. Daarom schaam ik me ervoor. Ik ben lui, wil per vakantie wel een paar keer op een andere plek opnieuw beginnen, en vind een tent te bewerkelijk. Een oud boevenbusje zou ideaal moeten zijn: hip, maar toch makkelijk. Maar ik ben geen monteur en ook geen prettig gezelschap als ik met pech langs de weg kom te staan. Daarom kocht ik een aantal jaar geleden de flopmobiel.
Zo. Nu weten jullie bijna alles van mij.
Eerst maar eens een goede foto van de combinatie laten zien dan maar.


maandag 23 juni 2014

Niet kijken!



In augustus komt mijn boek uit, ik zou er graag over willen vertellen, over hoe leuk ik het vind, waar het over gaat en hoe het allemaal gegaan is. Maar als ik erover vertel, onthul ik mezelf en dat kan niet, dat wil ik niet maar misschien wel erger: dat willen jullie ook niet. Ik heb er maanden over gedacht, en opeens doe ik maar wat. Ik bedoel deze kunstgreep: jullie doen je ogen even dicht, kijken niet naar de foto en slaan de onderstaande tekst voor een groot deel over.
Komt 'ie...



Dit is het boek.
Jullie kennen het vast wel: je krijgt bezoek, en op een gegeven moment denk je: wanneer gaan ze? Ik wil naar bed. En daarna denk je: ze gaan nooit meer, vanaf nu blijven ze hier voor altijd! Dat overkomt de hoofdpersoon van mijn boek. Ze had Flopke kunnen heten, maar heet Lotte. Op een dag belt Vieze Arie aan, ze wist niet eens dat ze hem kende. Maar hij staat er, hij komt binnen, gaat zitten, blijft eten en slapen. Hij vertrekt niet meer, integendeel, hij dringt steeds dieper in haar leven binnen.
Zo.
Dat lucht op.
Het moest even. Jullie kunnen je ogen weer open doen.


woensdag 18 juni 2014

Menselijk contact in winkels




Over winkelbedienden nog even dit. Ik ben geneigd te denken: een winkelbediende staat in de winkel, dan zal hij bereid zijn om mij als klant te helpen en hij weet iets van de spullen die hij verkoopt.
Nu had ik me vooraf een beetje ingelezen. Ik wilde namelijk weten waarom mijn oude webcam  niet werkte en dan kom je er vanzelf meer te weten over webcams. Ik kende een paar modellen, wist ongeveer waar ik op moest letten. Maar normaal gesproken kies ik voor de makkelijkste weg: me laten voorlichten door een winkelbediende die toch niet veel beters te doen heeft.
Ik wilde een webcam die foto's kan maken, geen wereldkwaliteit, filmen is niet het belangrijkst en hij moet dus kunnen draaien op Windows 8.1. Waar kan ik dan tussen kiezen? Wat zou de winkelier me adviseren?
Vervolgens sta ik klaar om overtuigd te worden om iets te kopen dat in veel gevallen duurder is dan ik van plan was.
Maar dat gaat in de praktijk niet zo.
In de eerste winkel vroeg ik naar de webcams, een jongen wees naar een schap en boog zich weer over een schap met iets anders, om de spullen daar recht te zetten.
'Je hebt er twee,' constateerde ik. 'Is dat alles?'
'Ja,' zei hij.
'Welke zou je adviseren,' vroeg ik. Ik pak de zaken graag grondig aan.
'De rechter,' zei hij.
'Die heeft een slechte review,' zei ik. Dat had ik toevallig gezien op internet.
'Ah,' zei hij en ging weer verder met het recht zetten van de spullen.

Ik ging naar huis, zocht op een site van een grote elektronicaketen naar de webcam die ik wilde hebben, ze hadden iets, ik ging naar de winkel. Ik wil de producten graag even in het echt zien.
Er lopen in die keten veel personeelsleden rond, maar op een of andere manier zijn ze altijd allemaal druk in gesprek met een klant en anders met elkaar. Of ze lopen net weg. Toen het me gelukt was er een te strikken, vroeg ik waar de camera was die op hun site stond.
'Die hadden ze alleen online blijkbaar,' legde de jongen me uit.
'Waarom staat dat dan niet op jullie site?' vroeg ik.
Een andere klant tikte hem op de schouder en zei: 'Mag ik even kort iets vragen?'
De jongen keerde zich naar de klant toe. Maar natuurlijk mocht dat.
De klant begon over iets wat hij wilde kopen en vroeg door.
De jongen antwoordde hem, tot ik zei: 'Ja hallo! Je was nog met mij in gesprek.'
De jongen draaide zich weer naar mij toe. De klant droop af, beledigd. En ik zei: 'Maar waarom staat dan op de site dat je hem wel hebt?'
'Dat klopt niet,' zei de jongen.
'Stom,' zei ik en droop zelf af.
En toen kocht ik mijn webcam online.



dinsdag 17 juni 2014

plug&unplug&reinstall&tryagain...



Het probleem is dat als zo'n ergerniswekkende periode achter je ligt, dat je geen zin meer hebt om het op te rakelen. En dan gaat het duren, terwijl ik zoveel te vertellen heb. Over het boek bijvoorbeeld dat eraan komt, met een naam erop en hoe ik daar nou weer mee moet omgaan.
Maar goed, ik had dus een computer, met Windows 8.1 en toen stopte al mijn apparaatjes ermee. Mijn printer was snel weer ingesteld. Mijn opnameapparaat, daar heb ik zelf iets op gevonden. Maar mijn webcam... niets.
Dat klopte, hij deed het niet meer met Windows, begreep ik uit berichten van de fabrikant, dus ik kocht een nieuwe.
Over hoe je een webcam koopt, de volgende keer.
Uiteindelijk kocht een ik een degelijke, moderne Microsoft webcam. Zo eentje moet toch kunnen communiceren met een Windows-programma van zichzelf?
Maar dat is te simpel gedacht.
@Krekel dacht na, werkte, installeerde en zocht in de diepste krochten van fora naar een oplossing.
Het is gelukt.
En ik weet nu dit: Microsoft is niet plug&play is, maar plug&unplug&plug&reinstall&search&faill&try again&stay awake&try&fail&understand&failagain&try&ask&explain you tried that&search&understand&pas een instelling aan heel diep in het programma en constateer tot je verbazing dat je het blijkbaar als usb-apparaat moet instellen, omdat hij anders helemaal niets doet en hoor van Microsoft dat het aan jou ligt en probeer het dan zo snel mogelijk te vergeten.


donderdag 5 juni 2014

Traag, te druk en rare geluidjes



Mijn vier jaar oude computer begon het te begeven. Of preciezer: hij werd traag, was permanent met zijn harde schijf bezig en maakte rare geluidjes.
Lang geleden snapte ik de apparaten, maar ze werden plug&play, ik moest me er niet mee bemoeien en nu kan ik ze niet meer volgen.
@Krekel wel. Of: wat hij er over zegt, klinkt behoorlijk samenhangend. Hij zou dit oplossen.
Hij ging aan het werk, was er dagdelen druk mee - want zo gaat dat met computers, ze vreten je dagdelen. Soms leek het even beter te gaan, maar na korte tijd was het weer een beetje erger.
En toen begaf Word het.
's Nachts lag ik wakker. Ik piekerde: ik moest door, ik heb dat ding nodig voor werk en vrije tijd en alles wat er tussen zit. Vier jaar is niet oud voor een computer, volgens mij doen jullie er langer mee, maar kapot is kapot, en als er nog iets van te maken is, dan niet op korte termijn, want @Krekel was er inmiddels al zo'n twee weken mee in de weer, een kapotte harddisk kon hij ook niet verhelpen, het was sowieso een maandagmorgenmonster, van de twee knoppen die erop zaten, begaf na een paar weken de eerste het al. Gelukkig was dat niet de powerknop. En ook had ik de harde schijf al eens vervangen. Alles welbeschouwd had ik het nog best lang kunnen rekken. En ik moest dus door. Daarom dacht ik: geld of niet, ik koop een nieuwe computer.
Een helder inzicht, nu zou er een einde komen aan de ellende. Ik viel in slaap.
Maar dan had ik buiten Microsoft gerekend.

woensdag 28 mei 2014

Telemarketeer in levenslicht




Vanochtend schreef ik mijn mail terug aan de vrouw die met mijn over God wil praten. Eigenlijk is ze een soort telemarketier, maar dan een in levenslicht. Ik schreef haar zo eerlijk mogelijk: dat ze van harte welkom is, dat ik niet geloof en dat ik oprecht denk dat ik door gesprekken niet op andere gedachten zal worden gebracht, maar dat ik wel wil praten over haar.
En mijn geloof in haar is hersteld, maar dat schreef ik haar niet.
Over levenslicht gesproken, jullie weten het vast niet, maar ik had de moed opgegeven dat het nog iets werd met mij. Mijn webcam werkte niet meer. Of nee, mijn computer begon raar te doen. Ik was bang dat hij het zou begeven en ik alles kwijt zou zijn en niets meer kon doen, en na dag na dag pogingen te doen om de computer te herstellen en ik van de regen in de drup kwam, besloot ik een nieuwe machine te kopen. Een splinternieuwe, dan zou alles goed komen...
Enfin, wordt vervolgd.

zaterdag 24 mei 2014

Uitgeput


En waarom dit allemaal zo lang heeft moeten duren, dat zal ik nog uitleggen.
Ik ben uitgeput.
En ik haat Microsoft.

De Brief





O! Ik ben ontroerd. Echt.

Lang heeft de wachttoren hier op mijn bureau gelegen. Die kreeg ik van twee vrouwen die aanbelden en met me over God wilde praten. Ik zei dat ik het altijd een sterk verhaal heb gevonden, maar dat ik me afvroeg waarom alle ellende.

Die vraag hadden ze vaker gehad

Ze legden uit dat Hij daar niets aan kon doen, maar dat Hij nu een Regering aan het vormen is, om er een einde aan te maken.

Waarom schiet Hij dan niet een beetje op, vroeg ik. En daarna: ga ik het nog beleven?
Dat wisten ze wel zeker. Ze gaven me een Wachttoren en zeiden dat ze terugkwamen.
Ik weet niet eens meer hoe lang het geleden is, maar op een dag gooide ik de Wachttoren voor de zekerheid toch maar weg.

Ik schreef in een blog: als zij zich al niet aan hun belofte houden, hoe moet ik dan in Hem geloven?
Maar mijn geloof werd hersteld, want afgelopen donderdag vond ik een handgeschreven Brief in de bus. Ze zijn me niet vergeten, ze willen nogmaals langskomen, maar ik kan ze ook mailen.

Dat ga ik doen, ik moet nog even nadenken over wat ik ze schrijf, want ik wil niet dat zij Hopen dat ze me kunnen bekeren. Ik blijft het een sterk verhaal vinden. Maar ze mogen altijd langskomen om over hun eigen motieven te praten. Zoiets zal ik ze schrijven. En in ieder geval moet ik dit ook even aankaarten: ze zaten er volgens Broer zo'n 3000 jaar naast.

zaterdag 12 april 2014

Fotooo!



Er kwam dus een fotograaf langs. Een aardige vrouw en nog geduldig ook. Eerst zei ze me uit dat ik mijn handen voor mijn gezicht moest weghalen. Daarna dat ik wat vrolijker mocht kijken. 'Als je zo boos kijkt, schrikt dat mensen af,' legde ze uit.
Misschien dat ik toch een plantje...
De fotograaf was vriendelijk maar beslist: geen handen, geen plantjes, geen frons. Lachen moest ik!
Ik lachte.
Dit meen je niet, zei ze.
Ik probeerde beter te lachen.
Je trekt je terug, voel je dat? vroeg ze.
Ik voelde me precies zoals ik me altijd voel als er een camera op me gericht staat. Ik probeerde me niet terug te trekken, maar spontaan te lachen, naar haar toe, open, vriendelijk, zodat ik niemand zou afschrikken.
Na een half uur liet ze me een paar voorbeelden zien, zodat ik kon zien wat het effect was, wat werkte en wat niet.
Ik vond het zelf minder erg als wat nors keek. Maar zij was de fotograaf.
Na een uur hadden we één foto die ermee door kon. En een foto waarop ik goed keek, maar waarop mijn handen als gespannen klauwtjes voor me lagen.
Laat ik verder niet te veel in detail treden, maar na twee uur, ging de fotograaf weg, begreep ik waarom ik altijd wegduik voor foto's, begreep ik dat ik een lastig model ben en begreep ik het belang van een goede foto.
Ze had mooie foto's gemaakt. Ook later zag ik dat. Maar ja, nu zit ik dus met een probleem...


woensdag 26 maart 2014

Jammer van de boterham



Mooie foto Flopke, zei de uitgever, maar wel een beetje jammer dat je er zelf niet opstaat.
Daarop stuurde ik een tweede foto.


Mooi, zei de uitgever, heel mooi! Zoiets, maar dan zonder boterham.
Deze, vroeg ik in een volgende mail.


Hij is wat donker Flopke. En je duikt een beetje weg.
En toen zei de uitgever: misschien moeten we toch een fotograaf sturen...

maandag 24 maart 2014

Foto?





Zaterdag kreeg ik weer belangrijke post (zag ik zondag toen ik de brievenbus opende). Hoog tijd dat ik verder ga met mijn verhaal.
Een uitgever vroeg of ik eens wilde komen praten.
Dat wilde ik wel.
Het was een goed gesprek.

Er ging heel wat tijd overheen, maar op een dag zeiden ze: Flopke, het wordt goed, we gaan het uitgeven.
Dan zeg ik: 'Wat leuk!'.
's Avonds ontkurk ik een fles met iets gezelligs, we eten er oesters bij, ik was in een feeststemming en dacht ondertussen: jajaaa.
Want het is crisis in de boekenbranche en mogelijk staan we pas aan het begin en komt de crisis de komende maanden tot een hoogtepunt.
Daarop raakte Polare in de problemen.
Maar een tijdje later kreeg ik een mail van de redacteur. Ze schreef: zeg Flopke, heb je misschien een fatsoenlijke foto voor ons voor de brochure?
Ze konden ook een fotograaf sturen, maar mogelijk barstte ik zelf van de uitstekende foto's van mezelf en dan kon ik hen net zo goed een paar van de beste exemplaren toesturen.
Dat betekent twee dingen. Ten eerste dat er een brochure komt. En dat als de boekencrisis uitbreekt, ik kan bewijzen dat het wel degelijke de bedoeling was...
En op de tweede plaats dat ik op zoek moest naar een goede foto.
Ik zocht er een uit en vroeg: is dit wat?

vrijdag 28 februari 2014

Welkom in de familie



Maar Evenblij reageerde heel vriendelijk en vertelde hoe de Evenblijs oorspronkelijk aan hun naam kwamen. In de tijd van Napoleon moest iedereen een naam opgeven en een paar opstandelingen waren bang door de mand te vallen en daarom noemden ze zich Vrolijk, Plezier en Evenblij. Ik paste helemaal in die traditie. Misschien wel meer dan familieleden die er niet veel meer voor gedaan hebben dan geboren te worden.
Maar nu overdrijf ik waarschijnlijk weer. Bovendien is dit een van mijn zorgen op het moment. Hoe lang zal ik familie blijven?
Want dat heeft dus met mijn dilemma te maken...

vrijdag 14 februari 2014

Maar even dit




En nu zit ik met een probleempje...
Maar mag ik eerst even een anekdote vertellen? Het heeft er zijdelings mee te maken.
Op Facebook heb ik een account aangemaakt, zodat ik digitaal met meerdere benen in het leven stond. Maar op Facebook moet een achternaam hebben. Aanvankelijk koos ik neutraal voor Jansen, maar dat klopte niet, zo heet ik namelijk niet. Tot ik bedacht dat ik me Evenblij zou noemen. Flopke even blij, dit was ik.
Het ging heel goed. Tot vorige week. Toen werd ik gevolgd door een Evenblij. Ik schrok. Hij dacht vast dat we familie waren. Nu viel ik door de mand als een bedrieger. Dus ik mailde hem voor de zekerheid dat ik wel zeker wist dat we geen familie waren...

woensdag 12 februari 2014

Gevonden!




Het is met herinneringen als met sleutels die je kwijt bent: als je niet meer zoekt, vind je ze opeens. Het was een mailtje tijdens mijn vakantie. Ik zat op een terras met wijn en wifi. Ik nam een slok en las een mail. De uitgeverij. Of ik eens wilde komen praten.
Men kan niet vroeg genoeg beginnen met vieren.
Het was een prettige vakantie.

zaterdag 8 februari 2014

Maar was ik er wel?



Ik nam op. Het was een redacteur. Van een uitgever.
Het rare is dat ik niet meer precies weet wat ze zei. Het is al een paar maanden geleden. Ik weet eigenlijk niet eens zeker of het wel per telefoon ging, misschien kreeg ik een mail. Alleen kan ik die mail niet meer vinden, het zal dus waarschijnlijk wel de telefoon zijn geweest. Ze zal gezegd hebben dat ze redacteur die en die was van die en die uitgever... en dat ze mijn manuscript gelezen had...
Het zou ook nog kunnen dat ik niet eens opnam, omdat ik er niet was. Dat ik haar later heb teruggebeld. Dat het mijn voicemail was die ik afluisterde.
Gek. Het is niet onbelangrijk en toch weet ik het niet meer precies.
Maar het doet er niet zo toe, jullie maakt het niet uit of het de waarheid is, het gaat om het verhaal. Dus laat ik zeggen dat de telefoon ging in ik opnam...

donderdag 6 februari 2014

Telefoon!



Waar waren we? Ik heb jullie verteld over mijn manuscript en dat ik het opstuurde.
Enfin, op een dag ging de telefoon...

dinsdag 4 februari 2014

Overbodige woorden




Soms zijn er van die stomme zinnen waarop ik blijf haken, zoals deze: 'Eindpunt van deze trein. Gelieve hier uit of over te stappen'. Meestal denk ik er verder niet over na, maar gister had ik onvoldoende andere gedachten. Het probleem van deze zin is dat je altijd moet uitstappen, ook als je moet overstappen. Het eerste deel zou daarom volstaan, maar misschien vinden ze alleen 'gelieve hier uit te stappen' wat onhartelijk. Je kunt het verzachten en aanvullen, maar zeg dan bijvoorbeeld dit: 'Gelieve hier uit te stappen en indien u verder moet - of wilt - kunt u overstappen op een andere trein. U kunt ook gebruik maken van een ander vervoermiddel. Of hier blijven, als het uw bestemming is. Of niet. Dat gaat ons eigenlijk niet aan. U mag trouwens ook met deze trein mee terug, mocht u daar behoefte aan hebben, maar dan moet u wel even uitchecken en weer inchecken, anders heeft u geen geldig plaatsbewijs. En dat moet, maar dat wist u  wel.'
Zoiets.
Het is maar een opzetje, er valt vast ook wel wat op af te dingen. Het is bijvoorbeeld wat lang.
Daarom, bedacht ik me gister, zou je ook kunnen volstaan met dit: 'Eindpunt van deze trein.'


woensdag 29 januari 2014

In gesprek met mijn energieleverancier



Er gebeuren zoveel belangrijke dingen achter deze schermen, dat het moeilijk is om de onbelangrijke zaken nog te zien waarover ik kan schrijven. Maar vooruit, het is een kwestie van tijd maken voor de zaken die er niet toe doen. Opdat jullie weten dat ik er nog ben.
Vanochtend wist ik het ineens zeker: ik wil een thermostaat op mijn telefoon, zodat ik op afstand de verwarming kan regelen. Want dan bespaar ik energie en bezuinig ik op mijn stookkosten. Ik zocht bij mijn energieleverancier op de site en kreeg verwarrende informatie. Ik kon een e-thermostaat van bijna 200 euro aanschaffen. Daarbij kon ik nog een abonnement krijgen op een dienst zodat ik via een beveiligde site mijn thermostaat kon regelen. Uit de informatie kon ik niet opmaken of ik dat abonnement verplicht was of dat het zonder kon.
Eerst probeerde ik te mailen, maar dan moest ik mijn acht-cijferige klantcode meesturen en met mijn klantcode heb ik geen band. Ik weet mijn naam uit mijn hoofd en dat vind ik al heel wat. Daarom heb ik mijn energieleverancier gebeld.
Na een uitgebreid keuzemenu - men krijgt voor minder een zenuwinzinking - kreeg ik een prettige stem aan de telefoon. Daarvoor verdient mijn energieleverancier een pluim, maar ook hij kon de informatie niet van de site halen. Hij ging het een collega vragen, of hij me even in de wacht mocht zetten?
Maar natuurlijk mocht dat. Hij wel. Had ik even tijd om me af te vragen waarom die collega eigenlijk dan niet zelf aan de telefoon zat.
Hij kwam terug met de mededeling dat het inderdaad alleen in combinatie zou werken. Een e-thermostaat zonder abonnement was compleet met draadjes en montagekit en zo, je toch had er niet veel aan.
'Dan gaat het over,' zei ik. 'Ik wil best bezuinigen, maar het moet me geen geld gaan kosten.'
Ik kreeg niet de indruk of hij dit begreep, hij vroeg alleen of ik nog andere vragen had.
'Nee,' zei ik. 'Althans geen vragen waarmee u me kunt helpen.'
Dat was niet onaardig bedoeld, ik was vooral reëel. Voor mij was hij immers de man die me uitsluitend informatie kon geven over zaken die mij en mijn energieleverancier aangingen.
Maar hij viel stil.
Ik ook.
En toen hebben we maar opgehangen.