Er is zo'n uitdrukking over de duivel en dat hij niet naar het toilet gaat, maar het gewoon op straat doet. En dat doet hij niet over de straat verspreid, zoals honden de neiging hebben, maar steeds op dezelfde plek, waardoor er een bergje gevormd wordt. (Hoewel ik de uitdrukking probeer te vermijden, vrees ik dat ik de zaken er alleen maar plastischer op maak.)
Hoe dan ook, die uitdrukking heeft te maken met hoe het mij met mensen vergaat, zoals ik de afgelopen vol verwondering heb geconstateerd. Toen ik net was teruggekeerd uit het land met een C., in een onverwoestbaar goed humeur, leken mensen me vanzelf aardig te vinden. Zelfs op straat werd ik aangesproken, of glimlachte men mij toe. Toen ik de afgelopen dagen stuurs was, werd ik genegeerd en kreeg hier en daar een snauw.
Nu heeft dat bergje waar de duivel steeds naar terugkeert, en vooral de behoefte die hij daar doet, niet te maken met de snauwen en onaardigheid.
En dat vind ik dus vreemd: uitgerekend de vriendelijke blikken zijn de schijt van de duivel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten