Hij verkocht hem niet meer, erger, mijn parfum werd niet meer gemaakt, omdat de geur van gisteren is. Maar ik kon iets moderners proberen.
Hij was zo vriendelijk een parfum bij me op te spuiten, keek me bestraffend aan toen ik mijn polsen over elkaar wreef, want nu wreef ik de druppeltjes kapot. Daarna legde hij me uit hoe het moest: mezelf parfumeren: 's ochtends na het douchen en voor het aankleden moet je door een wolk van parfum heenlopen. Daar ging ik lekker van ruiken. En als ik dat per se wilde kon ik ook nog iets op mijn polsen spuiten.
Persoonlijk beschouw ik parfum als overlast voor de omgeving, dus ik doe het bij voorkeur op mijn polsen, maar toen ik hem dat uitlegde, begreep hij me niet zo goed.
Ongerust verliet ik de winkel, ruikend naar een geur waar ik nooit aan zal wennen, maar die de omgeving vast lekker vindt.
En kijk: hij is echt bijna op. Terwijl een minder lekkere, maar nog breed in de handel verkrijgbare parfum, die ik eerder kocht, nog bijna vol zit.