maandag 10 maart 2008

Storm

Dat het vanochtend zo kalm en zonnig was dat je je niet kunt voorstellen dat het gaat stormen, hoewel je langzamerhand toch wat takken ziet bewegen en vogels rare manoeuvres ziet maken. En hoe ik inmiddels op de achtergrond van die rukwindgeluiden hoor. Ja, het gaat stormen, dat geloof ik nu wel. Hoewel je het nooit zeker weet. Want juist op de momenten dat je denkt dat het erg wordt, valt het achteraf reuze mee en als je denkt dat het nooit zo erg kan worden, dan blijkt in het land de noodtoestand te worden uitgeroepen, enzovoorts, want vooraf weet je het niet en achteraf lijkt alles waar je eerder rekening mee hield, altijd toch een beetje belachelijk.
In mijn hoofd zal het in de loop van de dag alleen maar rustiger worden, voorspel ik. De wind gaat liggen en een bleek zonnetje breekt door.

zondag 9 maart 2008

Hoe is het mogelijk?

Dat we gister de Soprano's misten, omdat het ging over: elektronica, de boekdrukkunst, de stoomtrein, wie de laatste borrelhap neemt (Mario), dat een managerachtige man die zegt postbode te zijn, waarschijnlijk een suffe baan heeft, omdat hij anders wel eerlijk was, hoe men bestelt in een restaurant (leg alle menukaarten op een stapel en geef vriendin W. pen en papier), het eerste optreden van de Sex Pistols, het voordeel van een lastig karakter, hoe je zes loempia's door vijven deelt (Mario), tekeningen die voor één euro en daarna voor vijf euro worden aangeboden en dat je dan niet in discussie moet gaan, maar vooral moet dóórlopen, Frank. En natuurlijk: Tedje en de Flikkers, die in hun hoogtijdagen schurft hadden, en hoe Tedje uiteindelijk zijn onderbroek de zaal ingooide, waarna het publiek het niet meer pikte en met flesjes bier ging teruggooien en dat dat het voordeel is van ouder worden, want kom er tegenwoordig nog maar eens om.

zaterdag 8 maart 2008

De Wedstrijd, een Update

Gister had ik een verbouwereerde Pietervrouw aan de lijn (kijk, dit is ze). Met haar heb ik nog steeds een wedstrijd lopen over wie het eerst ingaat op het verzoek van een telemarketeer om een afspraak te maken. We willen een afspraak, maar dan wel in een hotel in een vreemde stad. Ik ben nog niet ver gekomen, maar Pietervrouw bakt er nog minder van. Laatst werd ze gebeld door iemand van Vodafone. Ze dacht aan onze wedstrijd, maar wist even niet meer wat ze ook alweer moest zeggen of doen. Terwijl ze aan het nadenken was over de juiste strategie, gaf ze een paar slappe antwoorden. Bovendien was ze behoorlijk chagrijnig.
En nu heeft ze dus een abonnement.

vrijdag 7 maart 2008

Mr. Sanousi voor alles

Soms krijg je een aanbod waarvan je denkt: dat slaat op mij. Ik kreeg een briefje zoals we die allemaal wel eens krijgen. Dit keer kwam hij van Mr. Sanousi (Groot Médium, niet te verwarren met de wasmachines en koel-vriescombinaties). Hij biedt aan om te helpen bij het oplossen van alle problemen: liefde, geluk, werk, aandacht, succes met alles, onder andere zaak, sport, klanten, aantrekkeen en terug krijgen van uw gelliefde partner, bescherming tegen het kwaad en gevaren, genezen van impotentie, enz.
Het is te makkelijk om Mr. Sanousi op zijn taalgevoel te pakken, hij is Médium en was er waarschijnlijk op school met zijn hoofd niet altijd bij. Ik lees er wel overheen en ga er gewoon vanuit dat hij met het probleem 'geluk' bedoelt 'een tekort aan geluk'. Dat hij het als probleem beschouwd dat we 'geen succes met alles' hebben. En dat kan allemaal worden opgelost.
Met zijn taalgebruik zit ik niet, wel verbaas ik me over zijn selectie van voorbeelden. Dat hij klanten eerder noemt dan het terugkrijgen van je geliefde partner, bijvoorbeeld. En die nadruk op het genezen van impotentie verbaast me ook.
Dat laatste blijkt nogal een nijpend probleem te zijn, als ik alle aanbiedingen die ik per mail krijg, erop nakijk. Ik realiseer me dat niet zo, maar misschien zit een soort van logica in. Want dan heb je je geliefde partner terug, die gaat vol verwachting op de bank liggen en dan wil het niet.
Gênant inderdaad, ik snap dat dat onaangenaam is. Maar ik heb er dus geen last van, want ik heb geen apparaat. (Ik heb alle aanbiedingen om hem te verlengen daarom altijd beleefd afgeslagen). Bovendien, als ik impotent was geweest, was ik al op een van de vele eerdere aanbiedingen om daar iets aan te doen, ingegaan.
Maar Sanousi kan veel meer. Hij kan bij alles helpen, dus ook bij een koninklijke uitstraling en sterkere nagels.
Ik zal hem maar eens bellen, want zijn Tél staat erbij.

donderdag 6 maart 2008

Natte sneeuw

Een Nederlandse winter is toch vooral: er wordt sneeuw voorspeld, en overal op de straat zie je onwaarschijnlijk snel wit poeder liggen: strooizout.
En o ja, op een van die dagen valt er even een beetje natte sneeuw.
Er worden hier veel hoe-kunnen-we-het-de-volgende-keer-voorkomen-rapporten geschreven. Het bos staat vol wegwijzers. Het eten moet worden voorverpakt.
(Er was een café waar ze koffie en thee serveerden met een grote koek op een schoteltje erbij. Volgens geruchten kwam dat omdat ze het niet van de drankomzet hoefden te hebben. De eigenaar verdiende vooral geld met de drugshandel waarvoor het café een dekmantel was. Die onverpakte koekjes, dat mocht niet meer. Verder is er aan het café niets veranderd. Ik ga er niet meer naartoe.)

woensdag 5 maart 2008

Wat zou er toch?

Schuin tegenover me in de tram zat een man met een aluminium koffer. Bij tassen vraag ik me nooit af wat erin zit, daar kan ik me zo ongeveer wel een voorstelling bij maken. Maar bij deze koffer had ik geen idee. Het moest iets zijn dat je er niet makkelijk uithaalt, anders waren de voordeurtjes overbodig. Je moest er waarschijnlijk voorzichtig mee zijn. Was het gevaarlijk of was broos? Of was het alleen maar iets dat erg kostbaar was? Hij hield zijn hand steeds op de koffer. En er stond een sticker met een naam erop, waarschijnlijk de zijne.
Levend was de inhoud waarschijnlijk niet, er zaten geen luchtgaatjes in.
Zulke gedachten kan ik moeilijk van me af zetten, ik maakte een foto.
Het was in ieder geval zwaar, zag ik toen de man uitstapte.
Naast me zat een andere man die over mijn schouder had meegekeken toen ik de foto maakte. Later maakte ik een paar notities in een boekje en zorgde ervoor dat hij niet kon meelezen.
Die man moet zich hebben afgevraagd waarom ik in hemelsnaam zo'n foto maakte en wat ik nu opschreef.
Wat ik maar wil zeggen: zo is er niets aan de hand en even later zit de halve tram met onverdraaglijke en onoplosbare vragen.

dinsdag 4 maart 2008

Leven in vrede

Als je ze eenmaal hebt, gaat het vanzelf. Met muizen, bedoel ik. Ooit toen ik nog een jonge flop was, woonde ik korte tijd in een studentenhuis, maar dan zonder studenten. Het was meer een huis vol werkelozen. En werk of niet, er was geen tijd of gelegenheid om de afwas te doen. Het was dus een ideale omgeving voor muizen en ze zaten er dan ook. Ze zaten tussen de vuile afwas en op het kruidenrekje. Als ik op een ijverig moment eens stond te koken en ik had zout nodig had, wapperde ik eerst even met mijn hand. Dan gingen de muizen even opzij. Het was best een vreedzame coexistentie. Het went, als je eenmaal in de situatie zit. Maar toen ik een wel erg grote, kale muis onder het aanrecht zag wegschieten, ben ik toch maar verhuisd.
(Met dank aan Nikki voor de foto.)

maandag 3 maart 2008

Geen muizen

Zoals ik zei: zorgen maken, daar kun je talent voor hebben. Ik droom van muizen, ik betrap ze in winkels en weet inmiddels dat heel Utrecht en Amsterdam ervan vergeven is. Bovendien zou ik niet weten hoe je ze weg kunt krijgen.
Hier zijn geen muizen.
Niet op dit moment.
Niet dat ik weet.
Toch luister ik of ik ze toevallig hoor. Net nog, ik hield mijn adem in, maar hoorde niets. Ik kijk achter mijn boekenkist en achter mijn oude koffer.
Niets.
Nergens een muisje. Maar het zou een ideale schuilplaats zijn. En er liggen hier kruimeltjes op de grond. Dus maak ik me alvast zorgen over hoe ik ze straks weer wegkrijg.
Ik heb geen muizen in mijn kamer, en dit zijn drie schroefjes. Er kriebelen hooguit muizen in mijn systeem.

zondag 2 maart 2008

Wat doe jij?

Ik stond weer eens te wachten op Utrecht Centraal, maar de Kiosk was nog open. De Kiosk daar tegenover was wel gesloten. Ik ging voor het donkere raam staan met mijn telefoontje in de hand, een conducteur liep langs.
'Wat ben jij aan het fotograferen,' vroeg hij.
'Nou, niks,' zei ik.
'Doelen fotograferen?' drong hij aan.
'Doelen?' vroeg ik. 'Hoezo?'
'Nou, ik weet niet,' zei hij.
Even was het stil, toen liep hij door.
Ook in de Kiosk gebeurde niets en mijn trein vertrok.

zaterdag 1 maart 2008

Een bril

Je zorgen maken, ook daar kun je groots in zijn. Ik heb er talent voor. Neem de bril. Al jaren test ik mijn ogen op nummerborden en kleine letters in de verte. En ook tijdens het lezen vraag ik me af of ik alles wel scherp genoeg zie. Tot nu toe was er niets aan de hand, ik heb geen bril nodig.
Mijn probleem is dat brillen me niet staan. Ik heb een hoedenhoofd, een bril staat frikkerig en ik wil dus niet als juf door het leven gaan.
Overigens, nu ik dit schrijf, ga ik ervan uit dat het binnenkort zover is. Ik schrijf dit immers niet voor niets. Bovendien, toen ik laatst een boek vlak tegen mijn neus hield, zag ik de letters niet meer zo scherp. Dat was vroeger toch anders?
Ik denk dat ik vandaag toch maar weer eens een paar brillen ga passen.